Vrouwenceintuur met in de middenbaan een driekleurige intermesh, waardoor bruine, geelgroene en rode vakken ontstaan. Deze vakken verbeelden de afwisseling tussen alle tegenstellingen in het leven. In de vakken zijn dier-, mens- en bloemfiguren geweven, de tekst Holanda en de initialen J.F. van de maakster. De hoekige S op zijn kant verbeeldt een tweekoppige slang (cabeca de syanpeque). Opvallend dier is de vicacha (het Andes konijn) rechts in het gele vak. Langs de zijkant is in dezelfde kleuren een pebblerandje en een dubbele linnenbinding geweven. De ceintuur is afgewerkt met vlechten en lussen. De achterkant is niet mooi.